verzekeringsmaatschappij
- ver·ze·ke·rings·maat·schap·pij
- samenstelling van verzekering en maatschappij met het invoegsel -s-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | verzekeringsmaatschappij | verzekeringsmaatschappijen |
verkleinwoord | verzekeringsmaatschappijtje | verzekeringsmaatschappijtjes |
het verzekeringsmaatschappij o
- (bedrijfskunde), (financieel), (juridisch) een bedrijf dat verzekeringen [1] aanbiedt
- Volgens de Wet op het financieel toezicht (Wft) is een verzekeringsmaatschappij een schadeverzekeraar, een natura-uitvaartverzekeraar of een levensverzekeraar.
- ▸ Door het natuurgeweld moeten honderdduizenden mensen hun leven en hun huis weer opbouwen. Daarvoor kloppen ze aan bij hun verzekeraar. Maar volgens Weppner, die zelf voor een verzekeringsmaatschappij werkt, komen huiseigenaren van een koude kermis thuis.[1]
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- Het woord verzekeringsmaatschappij staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Weblink bron Ryan Hermelijn“Zorgen over verzekeringscrisis Florida groeien na orkaan Milton” (12-10-2024), NOS