• ver·wij·derd
  • vervoeging van verwijderen: de stam met de uitgang -d, zonder ge- vanwege voorvoegsel
stellend
onverbogen verwijderd
verbogen verwijderde
partitief verwijderds

verwijderd [1]

  1. afgelegen, ver, verafgelegen
     Decoraties en meubelstukken uit ver van elkaar verwijderde tijdvakken hingen en stonden elkaar met verwondering aan te staren.[2]
vervoeging van: verwijderen…
verbogen vorm: verwijderde

verwijderd

  1. voltooid deelwoord van verwijderen
     De laatste 38 kilometer die ik verwijderd was van Cajon Pass moest ik op één Snicker zien te lopen.[3]
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. “Grand Hotel Europa” (2018), De Arbeiderspers  , ISBN 978-90-295-2622-7, p. 17
  3. Tim Voors
    “Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers