vennootschap
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ven·noot·schap
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | vennootschap | vennootschappen |
verkleinwoord | vennootschapje | vennootschapjes |
Zelfstandig naamwoord
de vennootschap v
- (economie) onderneming of bedrijf met meerdere aandeelhouders (vennoten)
Synoniemen
Hyponiemen
- beursvennootschap, dochtervennootschap, handelsvennootschap, kapitaalsvennootschap, personenvennootschap, projectvennootschap, structuurvennootschap
Afgeleide begrippen
Vertalingen
1. onderneming of bedrijf met meerdere aandeelhouders
Gangbaarheid
- Het woord vennootschap staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "vennootschap" herkend door:
96 % | van de Nederlanders; |
95 % | van de Vlamingen.[1] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be