tiranniseren/vervoeging

vervoeging van de bedrijvende vorm van tiranniseren
onbepaalde wijs			kort			lang
onvoltooid	tegenwoordig		tiranniseren			te tiranniseren
	toekomend		zullen tiranniseren			te zullen tiranniseren
voltooid	tegenwoordig		hebben getiranniseerd			te hebben getiranniseerd
	toekomend		getiranniseerd zullen hebben			getiranniseerd te zullen hebben
	onvoltooid deelwoord		voltooid deelwoord			gebiedende wijs		aanvoegende wijs
	tiranniserend		getiranniseerd			ev. tiranniseer	mv. verouderd tiranniseert	tirannisere
aantonende wijs	enkelvoud					meervoud
onvoltooid	eerste	tweede			derde	eerste	tweede	derde
	ik	jij, je	u	gij, ge	hij, zij, het	wij, we	jullie	zij, ze
tegenwoordig (o.t.t.)	tiranniseer	tiranniseert	tiranniseert	tiranniseert	tiranniseert	tiranniseren	tiranniseren	tiranniseren
verleden (o.v.t.)	tiranniseerde	tiranniseerde	tiranniseerde	tiranniseerde	tiranniseerde	tiranniseerden	tiranniseerden	tiranniseerden
toekomend (o.t.t.t.)	zal tiranniseren	zult/zal tiranniseren	zult/zal tiranniseren	zult tiranniseren	zal tiranniseren	zullen tiranniseren	zullen tiranniseren	zullen tiranniseren
voorwaardelijk (o.v.t.t.)	zou tiranniseren	zou tiranniseren	zou(dt) tiranniseren	zoudt tiranniseren	zou tiranniseren	zouden tiranniseren	zouden tiranniseren	zouden tiranniseren
voltooid	eerste	tweede			derde	eerste	tweede	derde
	ik	jij, je	u	gij	hij, zij, het	wij	jullie	zij
tegenwoordig (v.t.t.)	heb getiranniseerd	hebt getiranniseerd	hebt/heeft getiranniseerd	hebt getiranniseerd	heeft getiranniseerd	hebben getiranniseerd	hebben getiranniseerd	hebben getiranniseerd
verleden (v.v.t.)	had getiranniseerd	had getiranniseerd	had getiranniseerd	hadt getiranniseerd	had getiranniseerd	hadden getiranniseerd	hadden getiranniseerd	hadden getiranniseerd
toekomend (v.t.t.t.)	zal getiranniseerd hebben	zal/zult getiranniseerd hebben	zult/zal getiranniseerd hebben	zult getiranniseerd hebben	zal getiranniseerd hebben	zullen getiranniseerd hebben	zullen getiranniseerd hebben	zullen getiranniseerd hebben
voorwaardelijk (v.v.t.t.)	zou getiranniseerd hebben	zou getiranniseerd hebben	zou/zoudt getiranniseerd hebben	zoudt getiranniseerd hebben	zou getiranniseerd hebben	zouden getiranniseerd hebben	zouden getiranniseerd hebben	zouden getiranniseerd hebben
onpersoonlijke lijdende vorm getiranniseerd worden
	onvoltooid				voltooid
tegenwoordig	er wordt getiranniseerd				er is getiranniseerd
verleden	er werd getiranniseerd				er was getiranniseerd
toekomend	er zal getiranniseerd worden				er zal getiranniseerd zijn
voorwaardelijk	er zou getiranniseerd worden				er zou getiranniseerd zijn
lijdende vorm getiranniseerd worden
onbepaalde wijs			kort			lang
onvoltooid	tegenwoordig		getiranniseerd worden			getiranniseerd te worden
	toekomend		getiranniseerd zullen worden			getiranniseerd te zullen worden
voltooid	tegenwoordig		getiranniseerd zijn			getiranniseerd te zijn
	toekomend		getiranniseerd zullen zijn			getiranniseerd te zullen zijn
	enkelvoud					meervoud
onvoltooid	eerste	tweede			derde	eerste	tweede	derde
	ik	jij, je	u	gij	hij, zij, het	wij	jullie	zij
tegenwoordig (o.t.t.)	word getiranniseerd	wordt getiranniseerd	wordt getiranniseerd	wordt getiranniseerd	wordt getiranniseerd	worden getiranniseerd	worden getiranniseerd	worden getiranniseerd
verleden (o.v.t.)	werd getiranniseerd	werd getiranniseerd	werd getiranniseerd	werdt getiranniseerd	werd getiranniseerd	werden getiranniseerd	werden getiranniseerd	werden getiranniseerd
toekomend (o.t.t.t.)	zal getiranniseerd worden	zult getiranniseerd worden	zult getiranniseerd worden	zult getiranniseerd worden	zal getiranniseerd worden	zullen getiranniseerd worden	zullen getiranniseerd worden	zullen getiranniseerd worden
voorwaardelijk (o.v.t.t.)	zou getiranniseerd worden	zou getiranniseerd worden	zou/zoudt getiranniseerd worden	zoudt getiranniseerd worden	zou getiranniseerd worden	zouden getiranniseerd worden	zouden getiranniseerd worden	zouden getiranniseerd worden
voltooid	eerste	tweede			derde	eerste	tweede	derde
	ik	jij, je	u	gij	hij, zij, het	wij	jullie	zij
tegenwoordig (v.t.t.)	ben getiranniseerd	bent getiranniseerd	bent/is getiranniseerd	zijt getiranniseerd	is getiranniseerd	zijn getiranniseerd	zijn getiranniseerd	zijn getiranniseerd
verleden (v.v.t.)	was getiranniseerd	was getiranniseerd	was getiranniseerd	waart getiranniseerd	was getiranniseerd	waren getiranniseerd	waren getiranniseerd	waren getiranniseerd
toekomend (v.t.t.t.)	zal getiranniseerd zijn	zult getiranniseerd zijn	zult getiranniseerd zijn	zult getiranniseerd zijn	zal getiranniseerd zijn	zullen getiranniseerd zijn	zullen getiranniseerd zijn	zullen getiranniseerd zijn
voorwaardelijk (v.v.t.t.)	zou getiranniseerd zijn	zou getiranniseerd zijn	zou/zoudt getiranniseerd zijn	zoudt getiranniseerd zijn	zou getiranniseerd zijn	zouden getiranniseerd zijn	zouden getiranniseerd zijn	zouden getiranniseerd zijn