sesam
- se·sam
- Leenwoord uit het Latijn, in de betekenis van ‘gewas, het zaad daarvan’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1568 [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | sesam | - |
verkleinwoord | - | - |
de sesam m
- (bloemplanten) Sesamum indicum een uit Afrika afkomstige plant uit de familie Pedaliaceae . De soort hoort waarschijnlijk tot de oudste vanwege de olie gekweekte gewassen van de wereld
- Sesam hoort waarschijnlijk tot de oudste om hun olie gekweekte gewassen van de wereld.
- sesambeen, sesambrood, sesamkoek, sesamkruid, sesammot, sesamolie, sesampasta, sesamplant, sesamschroot, Sesamstraat, sesamstraattaal, sesamzaad, sesamzout
1. een uit Afrika afkomstige plant uit de familie Pedaliaceae
- Het woord sesam staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "sesam" herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
97 % | van de Vlamingen.[2] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ "sesam" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
- se·sam
- Afkomstig uit het Grieks, oorsprong in het Oriëntaals.
sesam m
- (plantkunde), (voeding) sesam
enkelvoud | meervoud | |||
---|---|---|---|---|
onbepaald | bepaald | onbepaald | bepaald | |
nominatief | sesam | sesamen | sesamer | sesamene |
genitief | sesams | sesamens | sesamers | sesamenes |
- (taxonomisch) Sesamum indicum
- se·sam
- Afkomstig uit het Grieks, oorsprong in het Oriëntaals.
sesam m
- (plantkunde), (voeding) sesam
m | enkelvoud | meervoud | ||
---|---|---|---|---|
onbepaald | bepaald | onbepaald | bepaald | |
nominatief | sesam | sesamen | sesamar | sesamane |
genitief |
- (taxonomisch) Sesamum indicum