schoorwal
- Geluid: schoorwal (hulp, bestand)
- IPA: / ˈsxorwɑl / (2 lettergrepen)
- (Noord-Nederland): /ˈsχɔːrʋɑl/
- (Vlaanderen, Brabant): /ˈsxoːrβ̞ɑl/
- (Limburg): /ˈsxoːrwɑl/
- schoor·wal
- samenstelling van schoor en wal
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | schoorwal | schoorwallen |
verkleinwoord | schoorwalletje | schoorwalletjes |
de schoorwal m
- (geologie) een lange, smalle landtong die gevormd wordt door afzetting van zand in een bocht van de zeekust, en die de bocht op deze manier geheel of gedeeltelijk afsluit van de open zee
- De Koerse Schoorwal is een schiereiland dat bestaat uit een verlengde zandduin.
1. een lange, smalle landtong die gevormd wordt door afzetting van zand in een bocht van de zeekust, en die de bocht op deze manier geheel of gedeeltelijk afsluit van de open zee
- Het woord 'schoorwal' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.