Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • scho·ling
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord scholing scholingen
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de scholingv

  1. (onderwijs) opleiding in een bepaald vak, gebied of beroep
Synoniemen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be