reciproque
- Geluid: reciproque (hulp, bestand)
- re·ci·pro·que
stellend | |
---|---|
onverbogen | reciproque |
verbogen | reciproque |
reciproque
- (wiskunde), (natuurkunde) een dimensie bezittend die de omgekeerde is van een andere dimensie
- Bij diffractie wordt een deel van de reciproque ruimte zichtbaar gemaakt.
- Als dimensie is de tijd direct en de frequentie reciproque.
- (taalkunde) wederkerig, wederzijds
- "Elkaar" wordt wel een reciproque pronomen genoemd.
- De spelling reciprook en reciproke was toegestaan tot 1995. Nadien schreef de Taalunie reciproque voor. Hiermee verviel het verschil in schrift tussen de onverbogen en de verbogen vorm, uit de context is meestal wel op te maken wat de juiste uitspraak is.
- De spelling van dit woord kan met recht een knelpunt van de Nederlandse spelling genoemd worden.
1. een dimensie bezittend die de omgekeerde is van een andere dimensie
- Het woord reciproque staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.