minderheidstaal
- min·der·heids·taal
- samenstelling van minderheid en taal met het invoegsel -s-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | minderheidstaal | minderheidstalen |
verkleinwoord | minderheidstaaltje | minderheidstaaltjes |
- (taalkunde) taal die in een bepaald gebied door een minderheid van de bevolking wordt gesproken
- Behoud van een minderheidstaal.
1.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- Het woord minderheidstaal staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.