• meer·touw

hetmeertouwo

  1. (scheepvaart) kabel waarmee men een schip vastgemaakt aan de wal
    • Door de hevige wind waren de meertouwen van de Aurora Australis losgeraakt en liep het schip vast in West Arm, aan Horseshoe Harbour [2] 
63 %van de Nederlanders;
77 %van de Vlamingen.[3]