• IPA: /jablɛtʃniː/
  • jab·leč·ný

jablečný

  1. (fruit) appel-; met betrekking tot appels
    «Cider je jablečný nápoj s charakteristickou vůní zralého jablka a s 6 % alkoholu.»
    Cider is een drankje van appels met een karakteristieke geur van rijpe appels en 6 % alcohol.