globus

Niet te verwarren met: glóbus

Latijn

Uitspraak

• IPA: /ˈglɔ.bʊs/

Zelfstandig naamwoord

glŏbŭs m

1. bol, kogel
2. opeengeplakte massa
3. dichte troep, kliek

Verbuiging

	enkelvoud	meervoud
nominatief	glŏbus	glŏbī
genitief	glŏbī	glŏbōrum
datief	glŏbō	glŏbīs
accusatief	glŏbum	glŏbōs
vocatief	glŏbe	glŏbī
ablatief	glŏbō	glŏbīs

Pools

Uitspraak

• IPA: /ɡlɔbus/
• Geluid:  globus    (hulp, bestand)

Woordherkomst en -opbouw

• Leenwoord uit het Latijn

Zelfstandig naamwoord

globus m

1. globe

Verwante begrippen

• globusik m
• globalny

Verwante begrippen

• globalizacja

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.

Tsjechisch

Uitspraak

• IPA: /glɔbʊs/, /glɔːbʊs/

Woordafbreking

• glo·bus

Woordherkomst en -opbouw

• Leenwoord uit het Latijn

Zelfstandig naamwoord

globus monbezield

1. globe

Verbuiging

	enkelvoud	meervoud
nominatief	globus	globy / globusy
genitief	globu / globusu	globů / globusů
datief	globu / globusu	globům / globusům
accusatief	globus	globy / globusy
vocatief	globe / globuse	globy / globusy
locatief	globu / globusu	globech / globusech
instrumentalis	globem / globusem	globy / globusy

Schrijfwijzen

• glóbus monbezield

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.

Verwijzingen

• Příruční slovník jazyka českého - Ústav pro jazyk český AV ČR (Tsjechisch)
• Česko-německý slovník Fr. Št. Kotta - Ústav pro jazyk český AV ČR (Tsjechisch)