Tsjechisch

Uitspraak
  • IPA: /franskiː/
Woordafbreking
  • fran·ský
Woordherkomst en -opbouw
  • Afgeleid van de eigennaam Frank met het achtervoegsel -ský

Bijvoeglijk naamwoord

franský

  1. (demoniem) Frankisch; met betrekking tot de Franken
  2. (demoniem) (verouderd) Frans; met betrekking tot de Fransen
  3. (verouderd) Europees (vanuit een islamitisch perspectief)
Verbuiging


Vervoeging
Schrijfwijzen
Synoniemen
  1. -
  2. francouzský
  3. evropský
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen

Verwijzingen