eetbaar
- Geluid: eetbaar (hulp, bestand)
- IPA: / ˈedbar / (2 lettergrepen)
- (Noord-Nederland): /ˈeːitbaːr/
- (Vlaanderen, Brabant): /ˈeːtbaːr/
- eet·baar
- Naamwoord van handeling van eten met het achtervoegsel -baar
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | eetbaar | eetbaarder | eetbaarst |
verbogen | eetbare | eetbaardere | eetbaarste |
partitief | eetbaars | eetbaarders | - |
eetbaar
- geschikt om gegeten te worden
- Bepaalde paddenstoelen zijn giftig, andere zijn eetbaar.
1. geschikt om gegeten te worden
- Het woord eetbaar staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "eetbaar" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[1] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be