Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • dui·vels·do·zijn
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord duivelsdozijn duivelsdozijnen
verkleinwoord duivelsdozijntje duivelsdozijntjes

Zelfstandig naamwoord

het duivelsdozijno

  1. (handel) dertiental, gebruikt als standaardhoeveelheid
     In het Romeinse Rijk was vrijdag de 13e een ongeluksdag voor criminelen. Op deze dagen werden namelijk de meeste misdadigers geëxecuteerd. Het getal wordt ook wel het duivelsdozijn genoemd.[2]
Synoniemen
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2.   Weblink bron Gearchiveerde versie “13 feitjes over vrijdag de 13e” (13 oktober 2017) op babista.nl