Nederlands

 
Lagothrix lagotricha
Uitspraak
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • breed·neus·aap
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord breedneusaap breedneusapen
verkleinwoord breedneusaapje breedneusaapjes

Zelfstandig naamwoord

de breedneusaapm

  1. (primaten) zoogdier uit de clade (parvorde) Platyrrhini   van midden- en Zuid-Amerikaanse apen binnen de infraorde Simiiformes  , de apen. De klade is ook bekend als de apen van de Nieuwe Wereld. Op de mens na zijn het de enige primaten die inheems zijn buiten de Oude Wereld. De klade wordt vaak als een zelfstandige infraorde beschouwd binnen de onderorde Haplorhini  , waartoe behalve de apen ook de spookdiertjes horen. De Simiiformes zelf wordt dan niet als infraorde beschouwd
Hyperoniemen
Hyponiemen

Gangbaarheid

Meer informatie