Een historische bakfiets in het Zuiderzeemuseum op Wikipedia (nl).
Een hedendaagse bakfiets.
  • bak·fiets
enkelvoud meervoud
naamwoord bakfiets bakfietsen
verkleinwoord bakfietsje bakfietsjes

de bakfietsv / m

  1. een driewielige fiets die voorzien is van een laadbak
    • Mijn bakfiets is gisteren gestolen. 
99 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[1]
  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be