• Wil·hel·mus
enkelvoud bezitsvorm meervoud
naamwoord Wilhelmus Wilhelmuss Wilhelmussen
verkleinwoord - - -

de Wilhelmusm

  1. (mannelijke naam) jongensnaam
    • Bij Jean de Roo in de Schoolstraat had hij zijn kamer, hij hoorde des morgens de lessen van Pater Jacobus Maseau, die de logica doceerde, en 's middags die van Pater Wilhelmus de Brouck. [4]
  2. (numismatiek) (verouderd) gouden Hollandse munt van 3,5 gram
    • Verscheide zijner Goude en Zilvere Penningen worden ons hier aangewezen en verklaard. (…) Onder de Goude is de dubbelde Goude Wilhelmus, ook de enkele. [5]
enkelvoud bezitsvorm meervoud
naamwoord Wilhelmus Wilhelmuss -
verkleinwoord - - -

het Wilhelmuso

  1. (muziek) geuzenlied uit de 16e eeuw dat vanaf 1932 officieel het volkslied van Nederland is
    • Ik zing ook heel hard met het Wilhelmus mee. [6]
 
1. Afdruk van het Wilhelmus uit de 17e eeuw.

  • Zie Wikipedia voor meer informatie.
  • Een versie van de volledige tekst waarin alle woorden naar WikiWoordenboek doorlinken staat op deze pagina.