Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • Ma·ria - Bood·schap
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord Maria-Boodschap
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de Maria-Boodschapv

  1. het hoogfeest ter gedachtenis van de aankondiging (annunciatie) van de geboorte van Jezus aan Maria. In de Orthodoxe en Katholieke Kerk valt deze feestdag op 25 maart, negen maanden voor Kerstmis
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

Meer informatie