Slowaaks

Uitspraak
  • IPA: /ˈʒɛna/
Woordafbreking
  • že·na
Woordherkomst en -opbouw
  • Afgeleid van het Protoslavische *žena.

Zelfstandig naamwoord

žena v

  1. vrouw
  2. (familie) vrouw; echtgenote
Synoniemen
  1. ženská v
  2. manželka v
Antoniemen
  1. muž m
  2. manžel m
Hyperoniemen
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
Typische woordcombinaties
  • brať si niekoho za ženu - iemand tot vrouw nemen
  • pekná žena
  • verná žena


Tsjechisch

Uitspraak
Woordafbreking
  • že·na
Woordherkomst en -opbouw
  • Afgeleid van het Protoslavische *žena

Zelfstandig naamwoord

žena v

  1. vrouw
  2. (familie) vrouw; echtgenote
Verbuiging
Synoniemen
  1. paní v, (verouderd) ženština v, (spreektaal) ženská v
  2. manželka v, choť v
Antoniemen
  1. muž mbezield
  2. muž mbezield, manžel mbezield
Hyperoniemen
Afgeleide begrippen
Typische woordcombinaties
  • jeho žena - zijn vrouw
  • krásná žena - mooie vrouw
  • těhotná žena - zwangere vrouw
Verwante begrippen

Meer informatie

Verwijzingen