choť

Tsjechisch

Uitspraak

• IPA: /xɔc/
• Geluid:  choť    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• choť

Zelfstandig naamwoord

choť mbezield

1. (familie)(formeel) echtgenoot

Synoniemen

• manžel mbezield
• muž mbezield

Gelijkklinkende woorden

• choď

Paroniemen

• chod monbezield

Zelfstandig naamwoord

choť v

1. (familie)(formeel) echtgenote

Synoniemen

• manželka v
• žena v