wervelend
- wer·ve·lend
vervoeging van: | wervelen |
verbogen vorm: | wervelende |
wervelend
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | wervelend | wervelender | wervelendst |
verbogen | wervelende | wervelendere | wervelendste |
partitief | wervelends | wervelenders | - |
wervelend
- snel ronddraaiend
- (figuurlijk) heel levendig
- De Deventer binnenstad was zaterdagavond weer het decor van een opeenstapeling van wervelende voorstellingen vol met licht, kleur en beweging. [1]
- De naam van David Neres galmt aanstekelijk door de Johan Cruijff Arena. Op een vrolijk Braziliaans melodietje. De volumeknop in het stadion gaat omhoog na het wervelende begin van de tweede helft. [2]
- Amsterdam heeft HC Den Bosch vanmiddag onttroond als landskampioen hockey bij de vrouwen. Aan de Bossche Oosterplas was een wervelende eerste helft van de bezoekers genoeg om Den Bosch voor de tweede keer in drie dagen tijd te kloppen: 0-2. [3]
- Het woord wervelend staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "wervelend" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen.[4] |
- ↑ Tubantia J. Bolink 7 juli 2019 De zaterdagavond van Deventer op Stelten in dertien foto's: een explosie van licht, kleur, dans en beweging
- ↑ Tubantia 10 april 2019 IJzersterk Ajax laat Juventus ontsnappen met gelijkspel
- ↑ Tubantia 25 mei 2019 Den Bosch onttroond: hockeysters Amsterdam pakken de landstitel
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be