draaiend
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- draai·end
Woordherkomst en -opbouw
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | draaiend | draaiender | draaiendst |
verbogen | draaiende | draaiendere | draaiendste |
partitief | draaiends | draaienders | - |
Bijvoeglijk naamwoord
draaiend
- het aan het draaien zijn
- De vluchtauto stond met draaiende motor klaar om de overvallers mee te nemen.
Werkwoord
vervoeging van: | draaien |
verbogen vorm: | draaiende |
draaiend
Gangbaarheid
- Het woord draaiend staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.