• wen·ding
enkelvoud meervoud
naamwoord wending wendingen
verkleinwoord wendinkje wendinkjes

de wendingv [2]

  1. verandering, ommekeer
     Een avontuur vol ambitie en dromen maar ook met veel onverwachte wendingen, lessen en onzekerheid.[3]
99 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[4]
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  3. Tim Voors
    “Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers  
  4.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be