tyfoon

Nederlands

Geluid: tyfoon (hulp, bestand)
IPA: / tiˈfon / (2 lettergrepen)
- (Noord-Nederland): /tɑjˈfuːn/, /tiˈfon/
- (Vlaanderen, Brabant): /tɑjˈfuːn/, /tiˈfon/
- (Limburg): /tiˈfon/

Leenwoord uit het Engels, in de betekenis van ‘wervelstorm’ voor het eerst aangetroffen in 1824 ^[1]
Ontleend aan het Engelse typhoon, waarvan de etymologie niet duidelijk is:
1. Volgens één theorie is het ontleend aan (of beïnvloed door) het Cantonese 大風 (daai⁶ fung¹; "grote wind"), Chinees 大风 (dàfēng; "grote wind").
2. Volgens een andere theorie is het een leenwoord van het Arabische طوفان (ţūfān), zelf ofwel ontleend aan het Oudgriekse τυφῶν (tuphōn) ofwel afgeleid van het werkwoord طاف (ţāfa; ronddraaien). Dit woord zou uit Maleisië naar Europa gekomen zijn via het Portugese tufão. ^[2]

de tyfoon m

(meteorologie) een hevige wervelstorm in de Chinese Zee en de Stille Oceaan die ontstaat uit een tropische depressie
- Op 20 oktober 2004 werd Japan getroffen door één van de zwaarste tyfoons uit de laatste decennia.
▸ Max Verstappen start om 07.10 uur vanaf de derde startrij in de Grand Prix van Japan. De Nederlander van Red Bull kon zich op het circuit van Suzuka, waar de kwalificatie een dag was uitgesteld wegens de tyfoon Hagibis, niet mengen in de strijd om polepositie. Verstappen noteerde slechts de vijfde tijd (1.27,851).^[3]

1. een hevige wervelstorm in de Chinese Zee en de Stille Oceaan die ontstaat uit een tropische depressie.

Het woord tyfoon staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

92 %	van de Nederlanders;
94 %	van de Vlamingen.^[4]

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	tyfoon	tyfoons
verkleinwoord	tyfoontje	tyfoontjes