sten
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- sten
Woordherkomst en -opbouw
- van Engels Sten gun, een eponiem in de vorm van een letterwoord uit de namen van de uitvinders ervan, R.V. Sheppard en H.J. Turpin en de Engelse staatswapenfabriek Enfield [1][2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | sten | stens |
verkleinwoord | stennetje | stennetjes |
Zelfstandig naamwoord
de sten m
Gangbaarheid
- Het woord sten staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "sten" herkend door:
34 % | van de Nederlanders; |
39 % | van de Vlamingen.[3] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ sten op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Noors
Uitspraak
Woordafbreking
- sten
Woordherkomst en -opbouw
Zelfstandig naamwoord
sten m
Verbuiging
m | enkelvoud | meervoud | ||
---|---|---|---|---|
onbepaald | bepaald | onbepaald | bepaald | |
nominatief | sten | stenen | stener | stenene |
genitief | stens | stenens | steners | stenenes |
Schrijfwijzen
Zweeds
Uitspraak
Zelfstandig naamwoord
sten g
Verbuiging
enkelvoud | meervoud | |||
---|---|---|---|---|
onbepaald | bepaald | onbepaald | bepaald | |
nominatief | sten | stenen | stenar | stenarna |
genitief | stens | stenens | stenars | stenarnas |