Andere schrijfwijzen Niet te verwarren met: save
  • safe
  • Leenwoord uit het Engels, in de betekenis van ‘veilig’ voor het eerst aangetroffen in 1886 [1]
  • van Engels safe [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord safe safes
verkleinwoord safeje safejes

de safem

  1. kast of ruimte met dikke stalen wanden en veilig slot om waardevolle zaken in te bewaren
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen safe safer safest
verbogen - safere safeste
partitief safes safers -

safe

  1. vrij van gevaar
94 % van de Nederlanders;
92 % van de Vlamingen.[3]


stellend vergrotend overtreffend
safe safer safest

safe

  1. veilig
enkelvoud meervoud
safe safes

safe

  1. kluis