• pos·tu·laat
enkelvoud meervoud
naamwoord postulaat postulaten
verkleinwoord postulaatje postulaatjes

het postulaato

  1. een hypothese [3]
  2. (filosofie) (wiskunde) theoretisch onbewijsbare stelling, maar als grondslag aanvaarde bewering
  3. (religie) proeftijd van drie tot twaalf maanden die in sommige kloosters aan het eigenlijke noviciaat voorafgaat [4] [5]
  4. een conclusie, besluit of voornemen aangaande iets
77 % van de Nederlanders;
85 % van de Vlamingen.[6]