plassere
- plas·se·re
- Afkomstig van het Franse zelfstandige naamwoord place (= plaats).
- Noors werkwoord met het achtervoegsel -ere.
Naar frequentie | 6358 |
---|
vervoeging | |
---|---|
onbepaalde wijs | plassere |
tegenwoordige tijd | plasserer |
verleden tijd | plasserte |
voltooid deelwoord |
plassert |
onvoltooid deelwoord |
plasserende |
lijdende vorm | plasseres |
gebiedende wijs | plasser |
vervoegingsklasse | Klasse 2 zwak |
opmerking |
plassere
- overgankelijk aanschikken, leggen, plaatsen
- overgankelijk beladen, laden, wegbergen
- overgankelijk beleggen, uitzetten
- overgankelijk investeren
- plas·se·re
- Afkomstig van het Franse zelfstandige naamwoord place (= plaats).
- Nynorsk werkwoord met het achtervoegsel -ere.
vervoeging | |
---|---|
onbepaalde wijs | plassere plassera |
tegenwoordige tijd | plasserer |
verleden tijd | plasserte |
voltooid deelwoord |
plassert |
onvoltooid deelwoord |
plasserande |
lijdende vorm | plasserast |
gebiedende wijs | plasser |
vervoegingsklasse | Klasse 2 zwak |
opmerking |
plassere
- overgankelijk aanschikken, leggen, plaatsen
- overgankelijk beladen, laden, wegbergen
- overgankelijk beleggen, uitzetten
- overgankelijk investeren
- [1]: plassera ut
- [1]: plassere ut