panfluit
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- pan·fluit
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | panfluit | panfluiten |
verkleinwoord | panfluitje | panfluitjes |
Zelfstandig naamwoord
- (muziekinstrument) blaasinstrument dat is samengesteld uit een reeks van eentonige fluiten
Synoniemen
Hyperoniemen
Verwante begrippen
Vertalingen
1. blaasinstrument dat is samengesteld uit een reeks van eentonige fluiten
Gangbaarheid
- Het woord panfluit staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "panfluit" herkend door:
97 % | van de Nederlanders; |
94 % | van de Vlamingen.[1] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be