• on·ge·con·tro·leerd
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen ongecontroleerd ongecontroleerder ongecontroleerdst
verbogen ongecontroleerde ongecontroleerdere ongecontroleerdste
partitief ongecontroleerds ongecontroleerders -

ongecontroleerd [1]

  1. zonder dat getest is of het wel goed is
    • Van Rijn besloot allerlei voorwaarden los te laten voordat er betaald kon worden. Als gevolg daarvan keerde de SVB sinds 2015 totaal bijna 5 miljard aan persoonsgebonden budgetten uit, grotendeels ongecontroleerd. Het betekent dat in veel gevallen niet geverifieerd is of uitbetalingen rechtmatig waren. Pas sinds november 2016 worden declaraties weer gecontroleerd zoals wettelijk voorgeschreven.[2] 
  2. zonder sturing of bewuste beïnvloeding
    • Dat schijnbaar ongecontroleerde wortelpatroon wordt door Scherer in banen geleid middels een mal, waardoor wonderschone geometrische patronen en structuren ontstaan, als een Moors mozaïek, of een eeuwenoud kanten lint.[3]  
  3. zonder (zelf)beheersing
    • Ook van enig primadonnagedrag aan het bord is bij Carlsen niets te merken. Erupties zoals eind vorig jaar in New York, waar hij ongecontroleerd met zijn handen zwaaiend bij een persconferentie wegliep en een boete van 27.500 dollar (25.700 euro) incasseerde, blijven achterwege. Terwijl hij dit weekend genoeg reden had om verbijsterd te zijn. Om te beginnen zaterdag in de altijd beladen ontmoeting met Anish Giri, van wie hij na een nederlaag in hun eerste partij in 2011 pas één keer heeft kunnen winnen. [4] 
99 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[5]
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. NRC Derk StokmansJeroen Wester 17 februari 2017
  3. NRC Rianne van Dijck 23 maart 2017
  4. NRC Dirk Jan ten Geuzendam 22 januari 2017
  5.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be