Nederlands

 
Cochlearia officinalis  
Uitspraak
Woordafbreking
  • le·pel·blad
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord lepelblad lepelbladen
verkleinwoord lepelblaadje lepelblaadjes

Zelfstandig naamwoord

het lepelblado

  1. holle deel van een lepel
  2. (plantkunde) benaming voor kruisbloemige planten van het geslacht Cochlearia  
  3. (gereedschap) deel van een boor waarin het boorijzer zit
Verwante begrippen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen