Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • laai·end

Werkwoord

vervoeging van: laaien
verbogen vorm: laaiende

laaiend

  1. onvoltooid deelwoord van laaien



stellend vergrotend overtreffend
onverbogen laaiend laaiender laaiendst
verbogen laaiende laaiendere laaiendste
partitief laaiends laaienders -

Bijvoeglijk naamwoord

laaiend

  1. heel erg boos
    • Piers is laaiend op het ‘onbeleefde gedrag’ van de huidige vrouw van Harry. ,,Ik ben door een b-actrice gebruikt om haar carrière een boost te geven. Toen een belangrijker en invloedrijker persoon in beeld kwam, prins Harry in dit geval, werd ik meteen gedumpt’’, beklaagt hij zich. [1] 
    • Bij PSV waren ze laaiend dat hun kansrijke aanval in de 75ste minuut zomaar werd onderbroken. Feyenoord-doelman Justin Bijlow had het schot van Steven Bergwijn weliswaar al gestopt, maar in de rebound was er nog van alles mogelijk. [2] 
  2. heel erg
    • Gwen van Poorten is laaiend enthousiast nu de opnames van Trucker zoekt Vlam vandaag van start gaan. De brunette vertelde gisteravond aan tafel bij RTL Late Night dat ze alles heeft afgezegd om de datingshow te kunnen presenteren voor AD.nl en de regiotitels. ,,Dit past bij mij. Ik heb alles afgezegd om dit te kunnen doen.” [3] 
  3. heftig brandend
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

100 % van de Nederlanders;
97 % van de Vlamingen.[4]


Verwijzingen