• kro·ning
enkelvoud meervoud
naamwoord kroning kroningen
verkleinwoord kroninkje kroninkjes

de kroningv

  1. ceremonie waarbij een kroon op het hoofd van een vorst, meestal een keizer of koning, wordt geplaatst
    • De kroning is in Nederland vervangen door de "inhulding". 
99 % van de Nederlanders;
96 % van de Vlamingen.[1]
  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be


kroning g

  1. kroning