kostbaar

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  kostbaar    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• kost·baar

Woordherkomst en -opbouw

• Naamwoord van handeling van kosten met het achtervoegsel -baar

	stellend	vergrotend	overtreffend
onverbogen	kostbaar	kostbaarder	kostbaarst
verbogen	kostbare	kostbaardere	kostbaarste
partitief	kostbaars	kostbaarders	-

Bijvoeglijk naamwoord

kostbaar

1. duur, waardevol

   ▸ Toen Myra in handen viel van de Mohammedanen, brachten Italiaanse kooplieden in 1087 het kostbare gebeente van Nicolaas naar Bad in Apulië ( Zuid-Italië ).

   ▸ Gemiddeld kost dit alles bij elkaar tussen de 4.000 euro en 10.000 euro. Maar het kostbaarste stuk van een dergelijke tocht is dat je geen geld verdient terwijl je loopt.

   ▸ In Washington kwam ik steeds vaker vriendelijke vreemden tegen die me met van alles en nog wat verrasten. Dit wordt ook wel Trail Magic genoemd. Het hield me al een hele tijd bezig waarom mensen dit in hun kostbare vrije tijd doen voor mensen die ze niet kennen en nooit meer terug zullen zien.

Afgeleide begrippen

• kostbaarheid

Vertalingen

    1.   

Afrikaans: duur (af) Catalaans: costós (ca) Deens: dyr (da) Duits: teuer (de) ; kostbar (de) Engels: expensive (en) ; valuable (en) Esperanto: multekosta (eo) Frans: cher (fr) ; précieux (fr)

Italiaans: caro (it) Napolitaans: carastuso Pools: drogi (pl) Portugees: caro (pt) Siciliaans: càru (scn) Spaans: valioso (es) ; caro (es) Zweeds: dyr (sv)

Gangbaarheid

• Het woord kostbaar staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "kostbaar" herkend door:

100 %	van de Nederlanders;
100 %	van de Vlamingen.