• kle·ding·zaak
enkelvoud meervoud
naamwoord kledingzaak kledingzaken
verkleinwoord kledingzaakje kledingzaakjes

de kledingzaakv / m

  1. een winkel die zich specialiseert in de verkoop van kleding
    • Er zijn een paar goede kledingzaken in die straat. 
100 % van de Nederlanders;
98 % van de Vlamingen.[1]
  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be