Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • keer·kring
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord keerkring keerkringen
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de keerkringm

  1. (aardrijkskunde) de begrenzing van de zone waarbinnen de zon in het zenit kan staan
    • Rond de beide keerkringen liggen vaak woestijngebieden. 
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

97 % van de Nederlanders;
96 % van de Vlamingen.[3]

Meer informatie

Verwijzingen