kapittelkerk
- Geluid: kapittelkerk (hulp, bestand)
- IPA: / kaˈpɪtəlˌkɛrək / (4 of 5 lettergrepen)
- (Noord-Nederland): /kaˈpɪ.təɫ.ˌkɛrk/
- (Vlaanderen, Brabant): /kaˈpɪ.təl.ˌkɛrk/
- ka·pit·tel·kerk
- samenstelling van kapittel en kerk
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | kapittelkerk | kapittelkerken |
verkleinwoord | kapittelkerkje | kapittelkerkjes |
- (religie) een rooms-katholieke kerk die bediend wordt door een kapittel van kanunniken[1]
- Bouwkundig verschilt een kapittelkerk van een gewone kerk doordat er zitplaatsen voor het kapittel moeten worden aangebracht: het koorgestoelte.
1. een kerkgebouw in een dorp
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- Het woord kapittelkerk staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.