julidag
- ju·li·dag
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | julidag | julidagen |
verkleinwoord |
de julidag m
- dag in de zevende maand van het jaar
- januaridag, februaridag, maartdag, aprildag, meidag, junidag, augustusdag, septemberdag,oktoberdag, novemberdag, decemberdag
1. dag in de zevende maand van het jaar
- Het woord julidag staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "julidag" herkend door:
74 % | van de Nederlanders; |
76 % | van de Vlamingen.[4] |
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Tubantia Dick Janssen 20-09-12 Daniël Willemsen beste zijspancrosser ooit
- ↑ Tubantia 03-07-15 Warmterecord houdt Nederland in zijn greep
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be