geldgever
- geld·ge·ver
- Samenstellende afleiding van geld en de stam van geven met het achtervoegsel -er
- samenstelling van geld zn en gever zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | geldgever | geldgevers |
verkleinwoord |
- iemand die aan iemand anders geld geeft of uitleent
- Ze hopen dat veelbelovende start-ups eerder in zee willen gaan met investeerders met een bekende naam en met een breed netwerk dan met een onbekende geldgever. [2]
- De politie zei vrijdag op zoek te zijn naar de onbekende geldgever, omdat onduidelijk is wat de herkomst is van de bankbiljetten. Er zijn volgens een politiewoordvoerder nog geen aanwijzingen dat het gaat om crimineel geld. Agenten hebben de achtergelaten eurobiljetten opgehaald, maar de ontvangers kunnen het geld later wel terugkrijgen. [3]
- De wereld van de goede doelen functioneert bij de gratie van meelevende donateurs. Wordt er geen geld gegeven, dan blijft het doel buiten bereik. Of het nu een klein lokaal initiatief betreft of een grote landelijke stichting, alle moeten het hebben van geldgevers en van vrijwilligers die zich metterdaad inzetten. [4]
1.
- Het woord geldgever staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "geldgever" herkend door:
97 % | van de Nederlanders; |
87 % | van de Vlamingen.[5] |
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Tubantia 10-05-17, Voetbalprof Gregory Van der Wiel start investeringsfonds
- ↑ Reformatorisch Dagblad 21-04-2017 Mysterieuze weldoener opgedoken in Duitsland
- ↑ Reformatorisch Dagblad 04-01-2018 Colporteur van goed doel aan de deur kan blijmoedige gever ontmoedigen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be