etnografie
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: etnografie (hulp, bestand)
Woordafbreking
- et·no·gra·fie
Woordherkomst en -opbouw
- In de betekenis van ‘beschrijvende volkenkunde’ voor het eerst aangetroffen in 1824 [1]
- met het voorvoegsel etno- met het achtervoegsel -grafie [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | etnografie | etnografieën |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
de etnografie v
- beschrijvende volkenkunde
Verwante begrippen
Vertalingen
1.
Gangbaarheid
- Het woord etnografie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "etnografie" herkend door:
87 % | van de Nederlanders; |
89 % | van de Vlamingen.[3] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ "etnografie" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ etnografie op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Tsjechisch
Uitspraak
- IPA: /ɛtnɔgrafɪjɛ/
Woordafbreking
- et·no·gra·fie
Zelfstandig naamwoord
etnografie v
- etnografie; beschrijvende volkenkunde
Verbuiging
Synoniemen
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.