erlangen/vervoeging
vervoeging van de bedrijvende vorm van erlangen | |||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
onbepaalde wijs | kort | lang | |||||||
onvoltooid | tegenwoordig | erlangen | te erlangen | ||||||
toekomend | zullen erlangen | te zullen erlangen | |||||||
voltooid | tegenwoordig | hebben erlangd | te hebben erlangd | ||||||
toekomend | erlangd zullen hebben | erlangd te zullen hebben | |||||||
onvoltooid deelwoord | voltooid deelwoord | gebiedende wijs | aanvoegende wijs | ||||||
erlangend | erlangd | ev. erlang |
mv. verouderd erlangt |
erlange | |||||
aantonende wijs | enkelvoud | meervoud | |||||||
onvoltooid | eerste | tweede | derde | eerste | tweede | derde | |||
ik | jij, je | u | gij, ge | hij, zij, het | wij, we | jullie | zij, ze | ||
tegenwoordig (o.t.t.) | erlang | erlangt | erlangt | erlangt | erlangt | erlangen | erlangen | erlangen | |
verleden (o.v.t.) | erlangde | erlangde | erlangde | erlangde | erlangde | erlangden | erlangden | erlangden | |
toekomend (o.t.t.t.) | zal erlangen | zult/zal erlangen | zult/zal erlangen | zult erlangen | zal erlangen | zullen erlangen | zullen erlangen | zullen erlangen | |
voorwaardelijk (o.v.t.t.) | zou erlangen | zou erlangen | zou(dt) erlangen | zoudt erlangen | zou erlangen | zouden erlangen | zouden erlangen | zouden erlangen | |
voltooid | eerste | tweede | derde | eerste | tweede | derde | |||
ik | jij, je | u | gij | hij, zij, het | wij | jullie | zij | ||
tegenwoordig (v.t.t.) | heb erlangd | hebt erlangd | hebt/heeft erlangd | hebt erlangd | heeft erlangd | hebben erlangd | hebben erlangd | hebben erlangd | |
verleden (v.v.t.) | had erlangd | had erlangd | had erlangd | hadt erlangd | had erlangd | hadden erlangd | hadden erlangd | hadden erlangd | |
toekomend (v.t.t.t.) | zal erlangd hebben | zal/zult erlangd hebben | zult/zal erlangd hebben | zult erlangd hebben | zal erlangd hebben | zullen erlangd hebben | zullen erlangd hebben | zullen erlangd hebben | |
voorwaardelijk (v.v.t.t.) | zou erlangd hebben | zou erlangd hebben | zou/zoudt erlangd hebben | zoudt erlangd hebben | zou erlangd hebben | zouden erlangd hebben | zouden erlangd hebben | zouden erlangd hebben |