• der·ma·to·lo·gie
  • In de betekenis van ‘leer der huidziekten’ voor het eerst aangetroffen in 1847 [1]
  • met het voorvoegsel dermato- met het achtervoegsel -logie
enkelvoud meervoud
naamwoord dermatologie -
verkleinwoord - -

de dermatologiev

  1. (medisch) een specialisme binnen de geneeskunde dat zich bezighoudt met aandoeningen van de huid, de nagels en het haar, samen huidziekten genoemd
98 % van de Nederlanders;
97 % van de Vlamingen.[2]


  • IPA: /dɛrmatɔlɔgɪjɛ/

dermatologie v

  1. (medisch) dermatologie