couvert
- cou·vert
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘briefomslag’ voor het eerst aangetroffen in 1656 [1]
- [2]
1 | enkelvoud | meervoud |
---|---|---|
naamwoord | couvert | couverts |
verkleinwoord | couvertje | couvertjes |
2 | enkelvoud | meervoud |
---|---|---|
naamwoord | couvert | couverten |
verkleinwoord | couvertje | couvertjes |
het couvert o
- (huishouden) bestek voor één persoon
- Het couvert ligt naast het bord.
- briefomslag, enveloppe, envelop
- Het werd onder couvert verzonden.
2. enveloppe
|
- Het woord couvert staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "couvert" herkend door:
96 % | van de Nederlanders; |
88 % | van de Vlamingen.[3] |
- Zie de doorverwijspagina op Wikipedia voor meer informatie.
enkelvoud | meervoud | ||
---|---|---|---|
zonder lidwoord | met lidwoord | zonder lidwoord | met lidwoord |
couvert | le couvert | couverts | les couverts |
couvert m
- bedekking, bescherming, beschutting, dekking
- «On a prétendu qu'il avait frauduleusement recherché cette naturalisation dans le seul but d'échapper aux conséquences de ,sa nationalité allemande, sous le couvert de la nationalité d'un Etat neutre.[4]»
- bestek, couvert [1]
- «Les assiettes et les couverts sont dans l'évier.»
- De borden en het bestek liggen in de gootsteen.
- «Les assiettes et les couverts sont dans l'évier.»
- gebladerte
- «Le couvert d'un arbre.»
- Het gebladerte van een boom.
- «Le couvert d'un arbre.»
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
mannelijk | couvert | couverts |
vrouwelijk | couverte | couvertes |
couvert
- ↑ "couvert" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ couvert op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
- ↑ DISSENTING OPINION OF JUDGE KLAESTAD, p. 10