• bron·fo·rel
enkelvoud meervoud
naamwoord bronforel bronforellen
verkleinwoord bronforelletje bronforelletjes

de bronforelv / m

  1. (straalvinnigen) bepaalde vissoort, Salvelinus fontinalis  , die behoort tot de zalmachtigen
     Het is nu verboden om vis in het water los te laten die niet genoemd wordt in de Visserijwet. In deze wet staan wel immigranten als: karper, regenboogforel, snoekbaars, hondsvis en bronforel.[1]
  1.   Weblink bron
    Henrik W. de Nie
    “Onze exoten” (11 juli 1989) op nrc.nl