boegspriet
- Geluid: boegspriet (hulp, bestand)
- boeg·spriet
- In de betekenis van ‘uitstekend rondhout voor touwwerk’ voor het eerst aangetroffen in 1521 [1]
- samenstelling van boeg en spriet [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | boegspriet | boegsprieten |
verkleinwoord | boegsprietje | boegsprietjes |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- Het woord boegspriet staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- Van het Nederlandse boegspriet.
enkelvoud of impliciet meervoud |
expliciet meervoud |
---|---|
boegspriet | boegsprietnan |