bevooroordeeld
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: bevooroordeeld (hulp, bestand)
- IPA: / bəˈvorordelt / (4 lettergrepen)
Woordafbreking
- be·voor·oor·deeld
Woordherkomst en -opbouw
- pseudodeelwoord afgeleid van vooroordeel zn met het omvoegsel be- -d
- vervoeging van bevooroordelen: de stam met de uitgang -d, zonder ge- vanwege voorvoegsel
stellend | |
---|---|
onverbogen | bevooroordeeld |
verbogen | bevooroordeelde |
partitief | bevooroordeelds |
Bijvoeglijk naamwoord
bevooroordeeld
- een vaste mening over iets of iemand koesterend zonder naar de feiten te willen kijken
Synoniemen
Antoniemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen
1. een vaste mening over iets of iemand koesterend zonder naar de feiten te willen kijken
Werkwoord
vervoeging van: | bevooroordelen… |
verbogen vorm: | bevooroordeelde |
bevooroordeeld
- voltooid deelwoord van bevooroordelen
Gangbaarheid
- Het woord bevooroordeeld staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "bevooroordeeld" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen.[1] |
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be