bemorsen
- be·mor·sen
- naamwoord van handeling van morsen met het voorvoegsel be-
bemorsen [1]
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
bemorsen |
bemorste |
bemorst |
zwak -t | volledig |
- door knoeien iets vuilmaken; iets smerig maken
- Het woord bemorsen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "bemorsen" herkend door:
62 % | van de Nederlanders; |
58 % | van de Vlamingen.[2] |
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be