bandenlichter
- ban·den·lich·ter
- samenstelling van band zn en lichter met het invoegsel -en-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bandenlichter | bandenlichters |
verkleinwoord | - | - |
- (gereedschap) een stuk gereedschap geschikt om een buitenband van de velg te lichten
1.
|
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- Het woord bandenlichter staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.