antisemitisch

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  antisemitisch    (hulp, bestand)
• IPA: / ˌɑntisəˈmitis / (5 lettergrepen)

Woordafbreking

• an·ti·se·mi·tisch

Woordherkomst en -opbouw

• afgeleid van  antisemiet zn  met het achtervoegsel -isch, op te vatten als afgeleid van  semitisch bn  met het voorvoegsel anti-

	stellend	vergrotend	overtreffend
onverbogen	antisemitisch	antisemitischer
verbogen	antisemitische	antisemitischere
partitief	antisemitisch	antisemitischers	-

Bijvoeglijk naamwoord

antisemitisch

1. anti-Joods, tegen het Joodse volk

   • Een antisemitische actie wordt je in West-Europa door de meeste mensen niet in dank afgenomen. 

   ▸ Alle gewone rechtse partijen, en zelfs het centrum, waren antisemitisch, dus die stellingname kon niemand meer voor zichzelf uitbuiten.

Verwante begrippen

• antisemiet, antisemitisme

Vertalingen

    1. anti-Joods, tegen het Joodse volk   

Duits: antisemitisch (de) Engels: anti-Semitic (en) Frans: antisémitique (fr)

Limburgs: taengerjoeadsj (li) Spaans: antisemita (es) Tsjechisch: antisemitský (cs)

Gangbaarheid

• Het woord antisemitisch staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "antisemitisch" herkend door:

95 %	van de Nederlanders;
92 %	van de Vlamingen.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.